Het is 5:45 uur en ik ben wakker. Nog half in dromenland probeer ik me nog een keer om te draaien en verder te slapen, maar het lukt niet. Dus besluit ik op te staan en mijn rugzak in te pakken. Jacqueline is nog niet wakker, wat me de kans geeft om rustig door te gaan zonder haar te storen.
Plotseling verschijnt Jacqueline met mijn wasgoed. Ik had niet meer verwacht dat ze het nog zou wassen, maar gisteravond laat heeft ze de machine nog aangezet en alles ook nog in de droogkast gestopt. Terwijl ik door de frisse geur van het schone wasgoed wentel, realiseer ik me dat ik niet alles had gegeven om te wassen – typisch mannelijk, denk ik. Maar ik ben dolblij dat alles schoon en droog is, en heerlijk ruikt.
Samen gaan we ontbijten: een paar broodjes met banaan, een grote mok koffie met melk en veel suiker. Ik geniet van het ontbijt en het gezelschap. Na het ontbijt vouw ik mijn wasgoed op en stop alles netjes in mijn rugzak. Ik vul mijn waterflessen en krijg twee pakjes koekjes en wat lekkers mee voor onderweg. Het is tijd om verder te gaan. Jacqueline loopt nog een stukje met me mee; ik wil weer verder vanaf de kerk waar ze me heeft opgepikt.
Het wordt een zonnige dag met wat wind, de temperatuur schommelt tussen de 13° en 27°C.
Halverwege nemen we afscheid omdat ze een andere kant op moet. Ik vervolg mijn weg naar de kerk en ga daar verder. Buiten het dorp, aan het einde van de grote weg, koop ik twee baguettes. De weg slingert door velden met allerlei gewassen en begint al golvend te worden.
Ik loop richting Codognan en volg de wit-rode markeringen. Deze wijken af van de GPS-route die ik heb gedownload, maar het voordeel is dat ik minder langs de grote wegen hoef te lopen. Het is een aangename kronkelweg vol kleine paadjes.
Tot mijn verbazing ben ik sinds Aarle geen enkele wandelende pelgrim meer tegengekomen. Misschien nemen ze een andere route, waarschijnlijk die van de GPS. Ik wandel langzaam en vraag me af of ik ze zal inhalen op de gemarkeerde weg.
In Gallargues-le-Montueux loop ik naar de protestantse kerk, maar deze is gesloten. Ook de andere kerk is niet open en er is geen informatie over hoe ik de pastorie kan bereiken. Ik besluit verder te trekken naar Villetelle.
De weg loopt vlak langs de velden en kruist de TGV-spoorlijn. Ik volg de rivier La Vidourle tot ik bij de eerste brug kom. Hier, naast een groot pétanque-veld waar mensen aan het spelen zijn, zie ik dat het dorp zich klaarmaakt voor festiviteiten van 30 mei tot 2 juni. Ik had gehoopt hier onderdak te vinden, maar met de feesten lijkt dat moeilijk.
Inderdaad, de feesten zijn midden in het dorp en de meeste plekken zijn afgesloten. Er wordt een parade met paarden voorbereid. Ik vraag aan een paar mensen of ze onderdak weten, maar iedereen zegt hetzelfde: het is momenteel erg lastig.
Ik besluit verder te trekken en zie dat er buiten de gemeente bossen zijn. Op een heuvel vind ik een plek in een dennenbos. Ik zoek een relatief vlak stuk met gras. Hoewel het bewolkt is, zet ik voor de zekerheid toch maar het zeil op. Ik nuttig wat eten en kruip dan lekker in mijn klaargemaakte slaapzak.