Dag 54 van Taggia tot ospedaletti

De eerste helft van de nacht ging goed, maar om 3:30 werd ik wakker. Ik besloot om toch nog te blijven liggen en rusten. Tegen 4 uur had ik het idee op te staan, maar uiteindelijk koos ik ervoor om nog wat te slapen.

In die rust had ik twee nare dromen: een werkongeluk en een auto-ongeluk waarbij ik me wakker riep omdat ik in mijn droom een bocht dreigde te missen. Het was een onrustige slaap.

Toen ik opstond en begon met inpakken, ging een rits van mijn rugzak kapot. De onderste sluiting begaf het, maar gelukkig bleef het bovenste deel intact en kon ik de rugzak daarmee nog afsluiten. Dit betekende wel dat ik voortaan alleen van bovenaf toegang zou hebben tot mijn spullen. Bij het opbergen ontdekte ik dat mijn tweede bril een vijsje miste, waardoor het montuur loshing. Helaas kon ik het vijsje niet terugvinden.

Het was nog steeds koud, zo’n 7°C. Mijn linkerhand werkte niet zoals ik wilde. Terwijl ik mijn ontbijt at – brood met fruit massedian – voelde ik me niet in topvorm. Ondanks alles besloot ik mijn reis voort te zetten.

De klim naar boven en de wandeling over de Heuvel waren prima, maar de afdaling naar beneden was scherp en vermoeiend. Ik nam pauzes om in de zon te zitten en op te warmen. Ik zag de damp van mijn lichaam afkomen, terwijl mijn schoenen doorweekt raakten door het hoge, natte gras. Ze waren al twee keer losgekomen en het was lastig om ze weer vast te maken door het zware gewicht van mijn rugzak.

Ik klom naar Bussana Vecchia, een dorp in verval. De kerken waren volledig geruïneerd, maar er was een creatieve sfeer in het dorp met alternatieve kunstwinkeltjes. Het was een leuke ontdekking.

De afdaling was pijnlijk voor mijn knieën door het steile pad en het gewicht van mijn rugzak. Eenmaal aan zee volgde ik de hoofdbaan naar Sanremo, terwijl het regende. Ik bedekte mijn rugzak en gebruikte een paraplu om droog te blijven.

In Carrefour kocht ik brood en chocopot. Het begon nog harder te regenen, dus ik schuilde in een kerk en laadde mijn telefoon op. Ik viel in slaap op een stoel, maar er was verder niemand in de kerk.

Nadat ik weer vertrok, nam de regen af, maar het bleef aanwezig. Sanremo was niet mijn favoriete plek, en ik merkte veel Noord-Afrikanen op. Ik koos een route langs kleine, stille steegjes zonder winkels.

Toen ik de stad verliet, bleef de regen af en toe hard vallen met donderslagen. Ik besloot een oude spoortunnel te nemen, die nu een wandelgalerij was geworden. De 1750 meter lange “Galleria Coppa Nero” gaf informatie over de geschiedenis van de klassieke Milaan-Sanremo-wedstrijd. Het was een leuke ervaring om in deze droge tunnel te lopen.

Bij het einde van de tunnel vond ik een bank om uit te rusten. Ik was in Ospedaletti en het regende nog steeds hard. Mijn doel was om de kerk te bereiken, maar deze was gesloten vanwege verbouwing.

Ik zocht naar een pastorie en belde aan op drie bellen, maar niemand deed open. Ik zocht de andere kerk, maar dat bracht me terug naar Sanremo. Ik wist dat de kerkdiensten, kortrter bij moest zijn,en vond de heel kleine kerk. Ik woonde de eredienst bij en vroeg om een slaapplek. Ik kreeg de parochiezaal en sliep op het podium, binnen in een warme omgeving. 

De zusters brachten me nog een warme maaltijd, spaghetti carbonara, samen met wat fruit en een fles water. Het was fijn om een veilige plek te hebben om uit te rusten.

Leave a Comment

Your email address will not be published. Required fields are marked *