Het was een rustige plek om te slapen, afgelegen van de weg en omringd door verlaten huizen. Er was slechts een werkplaats waar af en toe iemand over het grind liep, maar door de hoge muren werd ik niet opgemerkt.
‘s Ochtends maakte ik een grote mok thee als ontbijt. Het vuur dat ik de vorige avond had aangestoken, brandde nog een beetje, dus ik maakte er nog gebruik van. Na een stevig ontbijt pakte ik mijn spullen in en brak ik de waslijn af, die heel nuttig was geweest. Ik vervolgde mijn weg, voornamelijk over asfaltwegen door het dorp. Het duurde even voordat ik eindelijk in het bos aankwam, waar de verkoeling welkom was. Hoewel de temperatuur draaglijk was, zorgde de enorme vochtigheid ervoor dat ik onophoudelijk zweette, wat vliegen en dazen aantrok. Ik nam een takje met veel bladeren en zwaaide er constant mee om de insecten op afstand te houden. Het moet er vreemd uitgezien hebben, iemand die voortdurend met een takje om zich heen zwaaide.
Het wandelpad was aanvankelijk vlak, maar al snel kwam ik in een heuvelachtige streek terecht. Na een stevige klim door het bos en een afdaling door velden met schapen, bereikte ik het dorp l’Hôpital Saint-Blaise. Ik ging naar de kerk en zag dat het toilet helaas gesloten was. Bij de kerk installeerde ik me op een bankje om even uit te rusten. Ik dacht dat de kerk dicht was, maar andere pelgrims vertelden me dat ze nog open was. Zij waren op de fiets en keerden terug naar Spanje, hun thuisland. Ze vertelden me dat ze deze kant van de route aantrekkelijker vonden omdat er minder pelgrims waren, en klaagden dat Spanje te commercieel was geworden.
Ik ging naar binnen en ontdekte dat de kerk inderdaad open was. Ik profiteerde van de gelegenheid om mijn gsm op te laden, want de batterij was nog maar 3%. Ik zat een tijdje in de kerk en ging toen weer naar buiten om op het bankje te zitten. Af en toe kwamen er bezoekers langs. Later ontdekte ik dat er een licht- en klankspel in de kerk georganiseerd werd, maar dat was tegen een toegangsprijs. Voor het begon, haalde ik mijn gsm op.
Ik ging verder en had de keuze uit twee routes: de blauwe route van het schelpje of de GR-route. De blauwe route liep langs de grote weg en was volop in de zon, terwijl de GR-route meer door de bossen ging, maar ook langer en zwaarder was. Ik koos voor de GR.
Via deze route waren er enkele stevige klimpartijen, voornamelijk door bossen en onbewerkt land vol wilde planten. Af en toe moest ik door weilanden waar ik de poortjes goed moest sluiten. Na een tijdje kwam ik weer op een asfaltweg terecht. Ik zag verschillende boerderijen en begon uit te kijken naar een schuilplaats. Bij het eerste huis waar ik aanklopte, deed een man open. Ik vroeg of ik in een van zijn schuren kon slapen, maar dat was helaas niet mogelijk, omdat hij er niet woonde. Ik bedankte hem en vervolgde mijn weg, terwijl de dreigende wolken zich boven me samenpakten.
Beneden aangekomen maakte de weg een scherpe bocht. Het eerste huis dat ik zag, leek niet bewoond, dus ik liep erlangs. Toen ik me omdraaide, zag ik een licht branden in een raam. Voorzichtig klopte ik op het raam om niemand te laten schrikken. Een vrouw deed het raam open en ik stelde dezelfde vraag. Ze zei dat ik in de garage kon slapen, wat ik dankbaar accepteerde. Toen ik haar vertelde dat een dak boven mijn hoofd genoeg was, aarzelde ze even en bood me toen een bed in huis aan.
Net toen ze de poort voor me open deed, kwam haar man, Philip, thuis. Ze vertelde hem meteen dat ik bleef slapen en dat er al een bed voor me klaarstond. Colette en Philip ontvingen me hartelijk. Ik liet mijn schoenen, sokken en stok buiten en liep op sandalen naar binnen. Ze leidde me naar de kamer waar ik mijn rugzak kon neerzetten en gaf een korte rondleiding door het huis.
Colette vroeg of ik een douche wilde nemen en bood me thee aan. Ik gaf de voorkeur aan thee en stelde voor om eerst even rustig kennis te maken. We hadden een hartelijk gesprek over waarom ik de Camino deed en wat ik onderweg had meegemaakt. Ze vertelden over hun leven in Frankrijk, hun zwerftochten, en hun uiteindelijke vestiging in Marseille, waar Philip in de luchtvaart had gewerkt en Colette als verpleegster voor de zwakkeren zorgde.
Nu waren ze beiden gepensioneerd en woonden sinds februari op deze plek. Het huis was mooi afgewerkt en had zijn authenticiteit behouden, met subtiele kunstwerken aan de muur. Philip’s hobby was elektrische gitaar, en hij had hiervoor een speciale ruimte in huis. Colette deed aan chakra- en energetische therapie en gaf cursussen aan verpleegkundigen over nieuwe technieken.
Na een verfrissende douche voelde ik me herboren. We aten samen een eenvoudige maaltijd: wat salade, ravioli en een kaasschotel. Natuurlijk kon een dessert en koffie niet ontbreken. Het gesprek bleef boeiend, en we spraken over cultuurverschillen, Frankrijk, en allerlei maatschappelijke problemen. Alles ging op een respectvolle manier, zonder de drang om gelijk te krijgen.
Tegen half elf voelde ik me moe en excuseerde me om naar bed te gaan. Het bed voelde heerlijk aan, en de positieve energie in het huis gaf me een gevoel van rust. Hoewel ik van plan was om nog even op sociale media te kijken, viel ik al snel in slaap. Mijn hersenen gaven zich over aan de rust, en ik belandde in dromenland, waar zijdezachte beelden me een welverdiende slaap gaven.