Het was een onrustige nacht. Elk geluid leek anders dan wat ik gewend was van de rust van de openlucht. Mijn benen voelden loodzwaar en mijn knieën stijf, maar desondanks was de slaap mild en verkwikkend, zij het dat ik het te warm had onder mijn dekens terwijl mijn kamergenoten zich behaaglijk hadden ingepakt.
De student begon zijn dag vroeg, om 6:30 uur stond ik op en maakte ik gebruik van de badkamer, elke minuut benuttend om mezelf klaar te maken voor de dag. Om 7:05 begaf ik me naar beneden voor een therapeutische sessie om 7:15 uur en een ontbijt bestaande uit twee sneetjes brood, een Bauli croissant besmeerd met jam en boter, vergezeld van een warme cappuccino.
Na het ontbijt was het tijd om alles in te pakken, mijn rugzak zorgvuldig gevuld voor de reis naar het station waar ik mijn tocht op de Via Francigena zou voortzetten. De weg leidde me door schilderachtige steegjes en langs vele bezienswaardigheden in Leiden, een kronkelende route die me enige afleiding bood. Buiten Parma volgde ik een rechte weg, maar al snel koos ik voor de rust van kleine geasfalteerde wegen, om uiteindelijk bij een vijver te belanden waar ik mijn tent opzette.
Met een houtvuur kookte ik wat risotto, meer dan genoeg voor één maaltijd, dus besloot ik een deel te bewaren voor de volgende dag. Onder de open hemel, met alleen een bivakzak en slaapzak als bescherming tegen de kou, werkte ik nog wat aan mijn sociale media, hoewel mijn handen en gezicht te lijden hadden onder de kou. Maar ondanks deze kleine ongemakken, vond ik troost in de rust van de nacht en de eenvoud van mijn bestaan onder de sterrenhemel.